IN THE NEWS – March 2019

screen-shot-2019-03-08-at-09.02.02.png

Click here the read the original article in the newspaper.

DEZE NEDERLANDSE POLITIE-ONDERZOEKER WIL STROPERS HELPEN OPSPOREN MET EEN APP

Als politie-onderzoeker kent hij de modernste technologie die wordt ingezet bij opsporing. Met zijn stichting zet Jan-Kees Schakel die in om stroperij in wildparken te bestrijden. Laurens Verhagen, 1 maart 2019, 9:17

De luide knal van een geweerschot. Jan-Kees Schakel en zijn vrouw worden midden in de nacht opgeschrikt in hun bamboehut in de jungle van Laos. Ze zijn op dat moment de enigen in het resort. Verder alleen de herrie van de natuur. En dat schot dus ineens. Ze wachten op wat komen gaat. Angstige minuten. Een kwartiertje later horen ze een bootje wegtuffen op de nabijgelegen rivier, richting bewoonde wereld. Het kan maar één ding betekenen, weet Schakel: stropers. Het incident vormt het begin van zijn stichting Sensing Clues. Als onderzoeker en strategisch adviseur bij de politie heeft hij dan al vele jaren ervaring met het gebruik van de modernste waarnemingstechnologieën die kunnen worden ingezet bij opsporing. Dat kunnen camerabeelden zijn, maar ook Twitterberichten: alles wat maar kan helpen bij het opsporen van criminelen of het zo snel mogelijk signaleren van een crisissituatie.

In zijn hut in de jungle van Laos beseft Schakel dat precies dit soort informatie hard nodig is om de natuur te beschermen. Hier kan hij zijn oude en zijn nieuwe werk combineren; voordat hij bij de politie terechtkwam, heeft Schakel jarenlang in de tropen gewerkt als natuurbeschermer. Met zijn stichting wil hij parkwachters voorzien van de technieken waar ook de politie mee werkt. Sensoren, analyseprogramma’s, apps: alles wat maar kan bijdragen aan de strijd tegen stropers. Als het de natuurbeschermers aan één ding ontbreekt, is het real time-informatie.

Jan-Kees Schakel (links) met een parkwachter in Nepal. Beeld Sensing Clues

Jan-Kees Schakel (links) met een parkwachter in Nepal. Beeld Sensing Clues

Schakel kwam er snel achter wat het grote probleem is: er zijn gadgets genoeg, maar die werken vaak niet goed samen. Of ze zijn gebruiksonvriendelijk. Het gevolg is dat veel informatie nog altijd op traditionele wijze wordt overgebracht; mondeling, als de rangers elkaar ’s avonds bij het eten treffen. Of via opschrijfboekjes, die pas na drie maanden door iemand in de computer worden ingevoerd. De stroper is dan al lang en breed gevlogen. 

Een deel van de oplossing is volgens Schakel de app van Sensing Clues. Schakel, die inmiddels nog maar de helft van de tijd bij de politie werkt en de helft van zijn inkomsten heeft ingeleverd, laat de app zien. Eenvoud staat voorop; de ranger kan zijn rapportages doen via een aantal icoontjes. Zo kan hij aangeven dat hij resten van een vuur heeft gevonden, of een strik of bandenspoor. ‘Rangers weten vaak niet of iets van belang is of niet. Logisch ook; pas in combinatie met andere sporen kan de grote lijn duidelijk worden.’ 

Schakel noemt als voorbeeld de vondst van een kapot kapmes door ranger 1 en een paar dagen later in hetzelfde gebied batterijen van een zaklantaarn door ranger 2. ‘De combinatie van zaklamp met kapmes kan duiden op het stropen van giraffen’, weet Schakel. ‘De ene stroper verblindt de giraffe met een krachtige lichtbundel en maakt lawaai met een ratel, waarop het dier in verwarring blijft staan. Zijn collega benadert de giraffe van achter en hakt de achillespezen door, waarop het beest ter aarde stort.’ Het vlees van de – beschermde – giraffe wordt vervolgens op de markt verkocht als ‘bush meat’, goedkoper dan koeien- of geitenvlees.

Vele uren mankracht

‘Alles begint met de waarnemingen. Die kunnen van parkwachters zijn, maar ook van andere mensen die je vertrouwt, zoals boeren, gidsen of toeristen.’ Een ander belangrijk onderdeel is het data- en analyseplatform. Hier komen alle gegevens binnen. Schakel had dit nooit kunnen ontwikkelen zonder de hulp van allerlei partijen die hij vanuit zijn politiewerk al kende. Consultants, juristen, datawetenschappers, vormgevers en programmeurs hebben allen belangeloos hun steentje bijgedragen. Door software zonder licentiekosten beschikbaar te stellen, maar ook via vele uren mankracht. Het resultaat is een systeem dat iedereen snapt. De ranger ziet één duidelijke kaart waarop alle informatie kan worden getoond. Dit alles met als doel meteen actie te kunnen ondernemen.

Verder zijn ook sensoren hard nodig, want mankracht alleen is nooit voldoende. In de Rukinga Wildlife Corridor in Kenia werken bijvoorbeeld zo’n 120 rangers (in groepen van 8) op een gebied van 220 duizend hectare. Dat is maar iets minder dan de provincie Noord-Holland. Op strategische plekken kunnen sensoren worden achtergelaten. Daar komt veel bij kijken, want ze moeten via zonnepanelen (of eventueel een batterij) aan energie komen, maar mogen tegelijk niet opvallen. 

Schakel verstopt een zonnecel voor een sensor in een park in Kenia. Beeld Sensing Clues

Schakel verstopt een zonnecel voor een sensor in een park in Kenia. Beeld Sensing Clues

Sensing Clues ontwikkelt nu drie typen sensoren: voor het registreren van kunstmatig licht, van elektronica (bijvoorbeeld de signalen die mobieltjes uitzenden) en voor menselijk geluid. ‘Stropers maken veel lawaai’, weet Schakel. ‘Ze wanen zich onbespied omdat het gebied zo groot is. Ze maken dus gerust een vuurtje en zetten de radio aan.’ 

Herbert Prins, hoogleraar Natuurbeheer aan de Universiteit van Wageningen, gelooft enorm in het gebruik van sensoren en AI om stropers op te sporen voordat ze een misdaad hebben begaan. Het is de reden dat hij Sensing Clues ondersteunt door in de raad van toezicht plaats te nemen. De natuurbescherming is volgens hem de laatste decennia ‘gemilitariseerd’, een slechte ontwikkeling. Volgens Prins moet de geweldsspiraal – aan beide kanten vallen dodelijke slachtoffers – doorbroken worden, wat mogelijk is door technologie slim in te zetten. Hij noemt de speciale trackers waaraan het Hilversumse ict-bedrijf Sodaq werkt. Deze worden aangebracht op bijvoorbeeld zebra’s. Door het gedrag van een kudde te analyseren, kan met ‘een waanzinnige precisie’ voorspeld worden of er stropers in de buurt zijn. ‘Zebra’s reageren anders op stropers dan op parkwachters of toeristen. Ze ruiken gevaar als ze mensen zien die sluipen of gewoon wandelen en gedragen zich daar dan ook naar door bijvoorbeeld hard weg te lopen.’

Beeld Eline van Strien

Beeld Eline van Strien

Toys for boys

Hoe veelbelovend al dit soort sensoren ook zijn, het zijn geen wondermiddelen, benadrukt Schakel. ‘Je hebt niets aan gereedschap als het niet onderdeel is van een hele kist. Alles moet goed op elkaar zijn afgestemd.’ En juist daar gaat het vaak mis, volgens Schakel. Hij ziet spectaculaire en mediagenieke voorbeelden voorbijkomen. Camera’s in de hoorn van een neushoorn, drones, noem maar op. ‘Dat ziet er allemaal prachtig uit, maar er is niet altijd goed over nagedacht.’ In de woorden van Prins: toys for boys

Daarom werd Schakel in eerste instantie ook met de nek werd aangekeken toen hij bij parken aanklopte: wéér zo’n westerling die met een gadget komt aanzetten die alles gaat oplossen. Pauline Verheij, programmamanager Wildlife Crime bij dierenwelzijnsorganisatie IFAW, is ‘heel enthousiast’ over het gereedschap van Sensing Clues. ‘Vaak wordt vergeten wat de basisproblemen zijn. Stroperij floreert in landen waar gebrek is aan capaciteit, geld en politieke wil. En waar veel corruptie is. Rangers moeten vaak werken onder slechte omstandigheden, waardoor ze ongemotiveerd zijn. Er is geen benzine, geen uitrusting, geen fatsoenlijke kleding. Dan kun je wel met de nieuwste technieken komen, maar dat lost niets op.’ Terwijl techniek volgens Verheij wel degelijk kan helpen om de bestrijding van stroperij effectiever te maken. ‘Ik geloof erin als het eenvoudig en laagdrempelig is in het gebruik.’ Sensing Clues voldoet daar volgens haar aan.

Voor die gereedschapskist van Sensing Clues moet trouwens nog wel betaald worden. Veel is het niet: een paar duizend euro per jaar voor ondersteuning. Sensing Clues heeft nu afspraken met twee beschermde gebieden: Rukinga Wildlife Corridor in Kenia en Phudunda in Zimbabwe. Dat is het begin, als het aan Schakel ligt: ‘We hebben de ambitie om honderden parken te helpen.’ Zorg is er ook, over de beveiliging van de webomgeving: ‘Stroperij is een miljardenbusiness. Zodra stropers zien dat dit een succes is, gaan ze alles uit de kast halen om ons plat te leggen, zodat rangers hun werk niet meer kunnen doen. We moeten er rekening mee houden dat we van alle kanten worden aangevallen.’ Schakel zoekt dus nog hulp van de beste cybersecuritybedrijven. De constante wapenwedloop tussen beschermer en stroper zal ook op internet worden gevoerd.